niet-duurzame gedragspatronen

Niet duurzame gedragspatronen ontstaan door een discrepantie tussen emotionele leeftijd en chronologische leeftijd. Vanaf de embryonale fase en gedurende de lactatiefase, de peuter-, kleuter-, kinder-, en pubertijd, de volwassenheid en tijdens de ouderdom, vindt in ons gedrag een geleidelijke verandering plaats op emotioneel, affectief, cognitief en sociaal gebied. Deze gedragsontwikkeling stelt ons in staat een antwoord te geven op de uitdagingen van alledag die met de leeftijd veranderen. Gezien deze ontwikkeling valt te verwachten dat al onze gedragingen overeenstemmen met onze leeftijd, en dat bepaalde gedragingen uit de eerste levensfasen achter ons blijven naarmate we ons ontwikkelen.

Mogelijk door sociaal-culturele en andere tot op heden onbekende factoren blijven we echter gedurende onze ontwikkeling op emotioneel en affectief gebied stil staan. Typische gevoelens en gedragingen die we in de eerste levensfasen hadden moeten overwinnen door onze ontwikkeling op cognitief en sociaal gebied, blijven ons leven domineren. Voorbeelden van dergelijke primaire gevoelens zijn rivaliteit, jalouzie, ontevredenheid, agressie, nijd, eenkennigheid, angst voor het vreemde, onvermogen tot inleving in de ander, nietigheid, wrok, afgunst en wraakzucht. Deze gevoelens worden niet getransformeerd tot empathie, solidariteit e.d. Hoe meer wij ons met onze gevoelens en gedragingen uit de vroege ontwikkelingsfasen vereenzelvigen, hoe meer wij ze handhaven, beredeneren en verdedigen. Wij accepteren ze, ondanks onze hoge cognitieve ontwikkeling.

Een voorbeeld van deze onbalans tussen emotionele en chronologische leeftijd is onze compensatiedrang. Primaire gevoelens als ontevredenheid, frustratie en nietigheid compenseren we met dingen, rangen en standen. Het verkrijgen en verdedigen van dingen, rangen en standen bepalen vervolgens ons dagelijks doen en laten.

Tekeningen: Frits Ahlefeldt (hikingartist.com)